Behandelingen

Het is verstandig om regelmatig uw mond te laten controleren door de tandarts. Voorkomen is immers altijd beter dan genezen!

Bij Tandartsenpraktijk Burgum zien we u graag ieder (half) jaar voor een periodieke controle.

Tijdens dit bezoek controleert de tandarts de tanden en kiezen op de aanwezigheid van gaatjes en wordt bekeken of bestaande vullingen en kronen nog goed aansluiten. Daarnaast wordt de conditie van het tandvlees gemeten en worden de tong, lippen en (wang)slijmvliezen gecontroleerd op eventuele afwijkingen.

Het beoordelen van de vlakken tussen de tanden en kiezen en onder vullingen of kronen evenals het kaakbot lukt niet zonder röntgenfoto’s. Daarom worden er met enige regelmaat (veelal 1 x per 3 jaar) röntgenfoto’s gemaakt. Aan de hand van deze foto’s kan de tandarts een keuze maken tussen de noodzaak tot behandelen of zo mogelijk het volgen van het ziekteproces (monitoren). Dit verkleint de kans op ongewenste schade door een voortschrijdend ziekteproces (bijvoorbeeld tandbederf of verlies aan botweefsel) of onnodige behandeling.

In sommige gevallen verwijdert de tandarts tijdens de controle tandsteen. Wanneer er veel tandsteen aanwezig is en / of een aanvullende instructie gewenst, dan kan de tandarts u doorsturen voor een afspraak bij één van de preventie-assistentes of mondhygiënisten binnen onze praktijk.

Als er tijdens de controle gaatjes of andere problemen worden geconstateerd, dan zal de tandarts één of meerdere vervolgafspraken met u maken voor de behandeling hiervan.

Kosten

Voor kinderen tot 18 jaar zitten de kosten voor een periodieke controle in de basisverzekering.
De periodieke controle zit voor volwassenen niet in de basisverzekering. Vergoeding van de kosten komt uit de aanvullende tandartsverzekering.

Met een goede mondhygiëne houdt u uw tanden, kiezen en tandvlees gezond. U voorkomt daarmee ontstoken tandvlees (gingivitis en  parodontitis) en u bevordert de genezing ervan.

Gezond tandvlees
Gezond tandvlees is roze, ligt strak om tanden en kiezen en bloedt niet als u eet of uw tanden poetst. Gezond tandvlees is de basis van een gezond gebit. Het tandvlees is samen met het kaakbot en de vezels het fundament van uw tanden en kiezen.

 
Ontstoken tandvlees (gingivitis)
Bloedend, rood of gezwollen tandvlees duidt meestal op ontstoken tandvlees. Ontstoken tandvlees gaat soms samen met een vieze smaak in de mond of met een slechte adem. Het doet zelden pijn, maar het tandvlees kan wel gevoelig zijn als u het aanraakt. Dat merkt u als u tandenpoetst, tandenstokers, ragers of flossdraad gebruikt. Bloedend tandvlees betekent dat er sprake kan zijn van ontstoken tandvlees. Negeer dit signaal niet, maar onderneem actie om het tandvlees weer gezond te krijgen.

Ernstige tandvleesontsteking (parodontitis)
De ontsteking van het tandvlees kan zich uitbreiden naar het kaakbot. Door de ontsteking laat het tandvlees los van de tanden en kiezen. De ruimte (pocket) tussen de tand en het tandvlees wordt steeds dieper. Deze voortschrijdende ontsteking met afbraak van vezels en kaakbot heet parodontitis. Het gevolg is dat tanden en kiezen los kunnen gaan staan en verloren gaan. Daarnaast kan parodontitis ook op andere plekken in het lichaam problemen geven. Uit recente onderzoeken blijkt dat bacteriën uit de mondholte zich via de bloedbaan verspreiden en zo ontstekingen elders in het lichaam kunnen veroorzaken. 

Hoe weet je of de ontsteking ernstig is?
Op het oog ziet al het ontstoken tandvlees er hetzelfde uit. Om de ernst van een ontsteking vast te stellen moet de tandarts of mondhygiënist de ruimten tussen de tanden en het tandvlees (pockets) opmeten. Dat doet hij met een zogenoemde pocketsonde bij alle tanden en kiezen. Met de meting bepaalt hij per tand of kies de ernst van de ontsteking. Bij gezond tandvlees is een pocket maximaal 3 mm en bloedt niet. Ontstoken tandvlees geeft pockets tot 5 mm. Verder gevorderde ontstekingen hebben nog diepere pockets, vaak van 6 mm of zelfs nog meer. Dan is er ook sprake van botafbraak.

Voorkomen en genezen van ontstoken tandvlees
Uw tandarts of mondhygiënist kan u adviseren en instructies geven waarmee u uw mondhygiëne op peil kunt brengen en houden. Met een goede mondhygiëne verwijdert u dagelijks tandplak van uw tanden en kiezen op de plaatsen waar u zelf met de tandenborstel, tandenstokers, ragers of flossdraad bij kunt. Tandsteen kunt u niet zelf wegpoetsen. Dat doet uw mondzorgverlener met speciale instrumenten. Dit wordt gebitsreiniging genoemd. Uw dagelijkse inspanningen samen met de professionele gebitsreiniging in de mondzorgpraktijk worden beloond. De ontsteking kan verdwijnen en gezond tandvlees kan zich weer aan de tanden en kiezen hechten. Het tandvlees kan tijdens de genezing wat terugtrekken. Eenmaal verloren kaakbot komt niet meer terug. Wie dagelijks alle tandplak verwijdert, voorkomt nieuwe ontstekingen.

          

 

Een tand of kies moet gevuld worden als er sprake is van een gaatje (tandbederf) of als deze afbreekt. Een bestaande vulling moet soms vervangen worden als er bijvoorbeeld een breuk in zit. Een vulling zorgt er voor dat je weer goed kunt kauwen en voorkomt verdere (pijn)klachten.

Het vullen kan plaatsvinden onder lokale verdoving. Dit is niet altijd noodzakelijk en gebeurt in overleg met de patiënt.

Tijdens de behandeling boort de tandarts het tandbederf of de oude vulling weg. Als de tand of kies helemaal schoon en droog is wordt deze geëtst om het weefsel ruw te maken zodat de nieuwe vulling beter hecht. Dan wordt er een speciale lijmlaag aangebracht waarop de vulling in laagjes wordt opgebouwd. Tussendoor wordt het vulmateriaal uitgehard met behulp van een blauwe lamp. De vulling wordt afgewerkt met een boortje.

Er zijn diverse vulmaterialen op de markt. De meest gebruikte in onze praktijk is composiet (witte vulling). Het gebeurt ook regelmatig dat patiënten hun reeds bestaande amalgaamvullingen willen laten vervangen door (witte) composiet vullingen. Ook deze behandeling kan in onze praktijk plaatsvinden.

Na de behandeling kan de tand of kies wat gevoelig zijn. Dit moet na een paar weken overgaan. Soms is een vulling iets te hoog en kan de tandarts dit eenvoudig aanpassen. Nemen de klachten niet af of wordt het erger, neem dan contact op met de praktijk. Als de vulling diep is, dan kan het zijn dat er (alsnog) een wortelkanaalbehandeling nodig is.

Kosten
De kosten voor behandeling van kinderen onder de 18 jaar worden vergoed vanuit de basisverzekering.
Voor volwassenen komt eventuele vergoeding (gedeeltelijk) uit de aanvullende tandheelkundige verzekering.

De kosten voor een vulling variëren en zijn afhankelijk van de grootte en het materiaal dat gebruikt wordt. Wanneer de kosten voor behandeling meer dan € 250,- bedragen, wordt er een begroting verstrekt. Op verzoek kan er ook voor kleinere bedragen een begroting worden verstrekt.

Als een tand of kies ernstig aangetast of beschadigd is, kan het trekken van deze tand of kies het enige redmiddel zijn. Het trekken van een tand of kies wordt ook wel extraheren of een extractie genoemd. De tandarts kan de behandeling zelf uitvoeren of als het nodig is je verwijzen naar een kaakchirurg.

Wanneer wordt er een tand of kies getrokken?Een tand of kies wordt getrokken als het niet meer mogelijk is om deze te behouden. Dit kan door bijvoorbeeld een ernstige tandvleesaandoening waardoor de kies niet meer vast staat in het kaakbot, een tand te veel is aangetast door tandbederf, of dat er door een (onge)val een tand zover is afgebroken dat het niet meer te herstellen valt. 
Verstandskiezen kunnen problemen geven als ze gedeeltelijk onder het tandvlees zitten, ontstoken raken of scheef groeien. 
Het kan ook zijn dat het nodig is om kiezen te trekken als er sprake is van ruimtegebrek. Dit valt dan vaak samen met een beugelbehandeling.

Hoe verloopt de behandeling?
Voor de behandeling wordt er eerst een foto gemaakt. De tandarts kan dan zien hoe de wortels lopen en of er bijvoorbeeld een risico is dat de kies afbreekt. Ook zal hij bekijken of hij de behandeling zelf kan uitvoeren of dat hij je verwijst naar een kaakchirurg. Uiteraard word je voor het trekken van de tand of kies goed verdoofd. De tandarts wrikt de kies eerst een beetje los en daarna wordt de kies er uit getrokken. Soms splitst de tandarts de kies eerst en wordt de kies er in delen uitgehaald. Het kan zijn dat de tandarts het nodig vindt om de wond te hechten.

Volg na de behandeling altijd de instructies van de tandarts op. Het kan zijn dat je na de behandeling kleine stukjes bot voelt uitsteken. Dit kan geen kwaad. De tandarts kan dit eventueel verwijderen. Neem bij een bloeding die niet stopt, koorts, hevige pijn of zwelling altijd contact op met je tandarts.

Klik hier voor de informatiebrief na het verwijderen van een kies.

Kosten
Het trekken van een tand of kies zit niet in het basispakket. Vergoeding van (een deel van) de kosten komt uit de aanvullende tandartsverzekering. 

Als de tandarts verwijst naar een kaakchirurg in het ziekenhuis, dan zitten de kosten voor deze behandeling wel in het basispakket. Houd er rekening mee dat als het eigen risico in dat jaar nog niet is gebruikt, dat ook eerst wordt aangesproken. Vraag daarom bij het maken van de afspraak in het ziekenhuis naar de te verwachte kosten.

Bron: www.allesoverhetgebit.nl

Tanden en kiezen bestaan uit een kroon en een wortel. De kroon is het gedeelte dat boven het tandvlees zichtbaar is; de wortel zit daaronder in de kaak verankerd. In de kroon en wortel is de tandholte aanwezig waarin zich bindweefsel, zenuwen en bloedvaten bevinden. In de wortel heeft deze holte de vorm van een kanaal; het wortelkanaal.

Door tandbederf, een lekkende vulling of door een val kan de inhoud van de tandholte ontstoken raken en uiteindelijk afsterven. Door infectie ontstaat vervolgens een ontsteking van het kaakbot rondom de wortel. Op een röntgenfoto is zo’n ontsteking vaak goed te zien. Dit proces is vaak pijnlijk, hoewel het soms amper of geen klachten geeft. Omdat dergelijke ontstekingen niet alleen voor pijn kunnen zorgen, maar ook een gevaar voor de tand of kies betekenen, zal de tandarts een wortelkanaalbehandeling uitvoeren.

De behandeling
Het doel van de behandeling is het verwijderen van de bacteriën die zich in het wortelkanaal bevinden. Het is dan ook noodzakelijk dat de behandeling zo hygiënisch mogelijk wordt uitgevoerd. Tijdens de behandeling wordt de tand of kies met een rubberlapje (cofferdam) afgeschermd. Zo komen er geen vloeistoffen in uw mond en kan het speeksel niet in de wortel van de tand of kies komen.

Tijdens de wortelkanaalbehandeling maakt de tandarts alle wortelkanalen goed schoon met kleine vijltjes. Tijdens het prepareren wordt herhaaldelijk gespoeld met een desinfecterende oplossing om zoveel mogelijk bacteriën te doden. Om het verloop van de behandeling te controleren worden er tussentijds röntgenfoto’s gemaakt. Tenslotte worden de wortelkanalen gevuld. De tand of kies moet na een wortelkanaalbehandeling weer goed functioneren. Daarom wordt de tand of kies na het schoonmaken en vullen van de wortelkanalen (opnieuw) gevuld. Vaak is na een wortelkanaalbehandeling de kies of tand zodanig verzwakt dat het verstandig is een kroon erop aan te brengen na de behandeling. Dit gebeurt pas na enige tijd, als de ontsteking volledig is genezen.
Na uw behandeling zal de ontsteking in het kaakbot herstellen. Tijdens een volgende controle een half jaar tot een jaar later maakt de tandarts vaak een nieuwe röntgenfoto. Zo kan het herstel van het kaakbot gecontroleerd worden.

 Voor de behandeling 

 Na de behandeling

 Genezen 

Een nieuwe wortelkanaalbehandeling
Een wortelkanaalbehandeling wordt tegenwoordig met veel succes uitgevoerd. Soms geneest de ontsteking in het kaakbot niet geheel en/of krijgt u opnieuw klachten. In de meeste gevallen kan door een nieuwe kanaalbehandeling uw tand of kies toch behouden blijven. Met moderne instrumenten (onder andere een microscoop) is het mogelijk om, zelfs als alle kanalen al eens behandeld zijn, deze opnieuw te reinigen en te vullen. Als er een vulling of kroon aanwezig is, is het nodig om deze (ten dele) te verwijderen. Alle obstakels, zoals wortelstiften en oud vulmateriaal, worden verwijderd. De kanalen worden vervolgens goed bekeken (met behulp van de microscoop), schoongemaakt en gevuld. Soms ontdekt de tandarts tijdens het behandelen van uw tand of kies andere kanalen die tijdens de eerste kanaalbehandeling niet zijn gevonden. Deze worden dan ook gereinigd en gevuld.

Mogelijke complicaties
Hoewel wortelkanaalbehandelingen meestal veel succes hebben, bestaat er een kleine kans op complicaties. Dit geldt voor alle tandheelkundige behandelingen. Zo is er (een kleine) kans op het afbreken van een instrument in het wortelkanaal, het ontstaan van perforaties (extra openingen), onvindbare kanalen, en schade aan vullingen, kronen en/of bruggen. Het is soms noodzakelijk om tandmateriaal op te offeren om toegang te krijgen tot de kanalen in uw tand of kies. Na een wortelkanaalbehandeling kan de tand of kies verzwakt zijn en is er kans op een breuk. Het is dan noodzakelijk om uw tand of kies na de behandeling door uw eigen tandarts te laten restaureren. Soms komt het voor dat een wortelkanaal niet het beoogde resultaat heeft en dat de betreffende tand of kies alsnog verwijderd moet worden. Wij willen benadrukken dat de kans op complicaties klein is en wij ons uiterste best doen om deze te voorkomen.

Pijn en napijn
Bij de behandeling wordt uw tand of kies plaatselijk verdoofd. Daarmee kunnen wij de behandeling zo pijnvrij mogelijk uitvoeren. Meestal zal door de verdoving ook de bestaande pijn verdwijnen. Als de verdoving is uitgewerkt kan enige napijn optreden. Het is normaal dat u nog zo’n 48 tot 72 uur (2 -3 dagen) enige last ondervindt. De napijn is met een gewone pijnstiller goed te onderdrukken.

Duur van de behandeling
De duur van een wortelkanaalbehandeling is afhankelijk van het aantal wortels en wortelkanalen. Tanden hebben meestal één wortel. Kiezen hebben meestal meer wortels en kanalen. Ook hangt de duur van de behandeling af van de complexiteit van de behandeling. Gemiddeld duurt een behandeling 2 uur. Bij gecompliceerde behandelingen is het mogelijk dat u een vervolgafspraak krijgt.

Kosten
De kosten van een wortelkanaalbehandeling hangen af van het aantal wortelkanalen. Ook kan een wortelkanaalbehandeling complex zijn. De complexiteit wordt middels een classificatie ingeschaald. Aan de hand hiervan wordt een begroting gemaakt. Niet alle verzekeraars vergoeden alle verrichtingen die noodzakelijk zijn bij een wortelkanaalbehandeling. U krijgt een begroting mee of thuis gestuurd.

Meer informatie

Kronen en bruggen zijn bedoeld als duurzame vervangingen voor tanden en kiezen. Als een tand of kies beschadigd of sterk gevuld is, kan een kroon een goede oplossing zijn. Een kroon is een speciale overkapping van kunststof of porselein (of beide), die dan over de betreffende kies wordt geplaatst. Dit kapje zit op de tand of kies vastgelijmd. Door een kroon krijgt de tand of kies zijn oorspronkelijke vorm en functie weer terug.

 
  Een brug wordt gemaakt ter vervanging van één of meer ontbrekende tanden en/of
  kiezen. Een brug zit vast aan twee of meer pijlers. Dat zijn afgeslepen tanden of kiezen aan weerszijden van de
  open ruimte van de ontbrekende tand of kies. Een brug bestaat uit twee of meer kronen die op pijlers passen
  en een brugtussendeel, ook wel ‘dummy’ genoemd. Deze bestaat uit één of meer kunsttanden en/of kiezen die
  op de plaats van de open ruimte komen.


Een etsbrug is meestal mogelijk wanneer de tanden aan weerszijden van de open ruimte nagenoeg gaaf zijn. Voor deze constructie hoeft nauwelijks iets van de gave tanden te worden afgeslepen. De etsbrug wordt vooral gebruikt ter vervanging van één of twee tanden. De brug wordt door middel van bevestigingsplaatjes met een speciale lijm onzichtbaar aan de binnenzijde van de tanden geplakt. Een etsbrug kan, indien nodig, meestal vrij eenvoudig worden verwijderd.
 

Behandeling
De betreffende tand of kies zal door de tandarts voor een groot deel omslepen worden. Dit kan onder lokale anesthesie (verdoving) worden gedaan, zodat de behandeling vrijwel pijnloos verloopt. Er zal vervolgens een afdruk worden gemaakt van de betreffende tand of kies en de omliggende tanden/kiezen. Als tijdelijke voorziening wordt er door de tandarts een noodkroon geplaatst met een tijdelijke lijm. Vervolgens vervaardigt ons tandtechnisch laboratorium Excent in Leeuwarden de kroon in ca. 2 weken. De kleur van de kroon wordt vaak bepaald in het tandtechnisch laboratorium. Als de kroon klaar is, wordt de noodkroon vervangen door de definitieve kroon.

Klik hier voor de informatiebrief van onze praktijk over de precieze werkwijze voor het maken van een kroon.

                                                                       

Onderhoud van een kroon of brug
De dagelijkse mondhygiëne is bij kronen en bruggen extra belangrijk. Vooral het tandvlees rondom de kroon of brug moet u goed reinigen. Een kwetsbare plek is de rand van de kroon of brug. Daarop kan gemakkelijk tandplak achterblijven. Plak veroorzaakt gaatjes langs de rand van uw kroon of brug en ontsteking van het tandvlees. Poets dit gebied zorgvuldig met een zachte tandenborstel en gebruik tandenstokers, ragers en/of flossdraad. Uw tandarts of mondhygiënist kan u hierbij adviseren.

                                                        

Kosten
De kosten voor een kroon of brug hangen af van de soort kroon, het materiaal dat wordt gebruikt en de kosten voor het tandtechnisch laboratorium. Bovendien is het van belang of een opbouw (versteviging van de kies) nodig is. Vraag uw tandarts vooraf om een begroting.
De vergoedingen variëren per verzekering. In de polis van uw ziektekostenverzekering staat op welke vergoedingen u recht heeft.

Bron: Ivoren Kruis

Wat is een implantaat?

Een implantaat kunt u het beste vergelijken met een kunstwortel. Een implantaat vervangt een afwezige tandwortel en wordt als een schroef in de kaak geplaatst. Implantaten worden gemaakt van een lichaamsvriendelijk materiaal zoals titanium.
 

 Een wortel met een kies                                                       Een implantaat met kroon


Een implantaat kan worden geplaatst om één, meerdere of zelfs alle tanden en kiezen te vervangen.  Het implantaat kan dus houvast bieden voor een kroon, brug of een overkappingsprothese.

Wanneer is een behandeling met implantaten mogelijk?

In principe kan bij iedereen met volgroeid kaakbot (vanaf ca. 20-25 jaar, afhankelijk van het geslacht en de locatie) een implantaat worden geplaatst. Voor een succesvolle behandeling moet u wel aan enkele voorwaarden voldoen:

  • Er moet voldoende kaakbot aanwezig zijn voor de verankering van het implantaat.
  • Het kaakbot moet gezond zijn.
  • Het tandvlees van de resterende tanden moet gezond zijn. Is dat niet het geval dan moet dit eerst behandeld worden.
  • U moet bereid zijn de aangebrachte voorzieningen goed te onderhouden. 

De tandarts(-implantoloog) of de kaakchirurg beoordeelt aan de hand van röntgenfoto’s of u voldoende kaakbot heeft en of het gezond is. De gezondheid van uw tandvlees wordt gecontroleerd door de ruimtes tussen uw tand en tandvlees te sonderen. In sommige gevallen is het mogelijk nieuw kaakbot te laten ontstaan op plaatsen waar te weinig kaakbot is.

Hoe verloopt de behandeling?

Implantaten worden door een tandarts(-implantoloog) of een kaakchirurg geplaatst. Eerst krijgt u een plaatselijke verdoving. Daarna wordt het tandvlees op de plek waar het implantaat moet komen losgemaakt, zodat het kaakbot zichtbaar wordt. Dan wordt er een gaatje  in het kaakbot geboord, waarin het implantaat wordt geschroefd. Er zijn twee manieren van plaatsen. Het implantaat kan na de plaatsing zichtbaar zijn in de mond (het implantaat steekt door het tandvlees heen) of het implantaat wordt onder het tandvlees opgesloten. Als u meer dan één implantaat nodig heeft, worden deze vrijwel altijd tijdens dezelfde behandeling geplaatst.

Na het plaatsen en de kans van slagen

Goed onderzoek vooraf maakt de kans op complicaties of mislukkingen minimaal. Toch kan er direct na het plaatsen van een implantaat tijdelijk ongemak zijn in de vorm van pijn of zwelling. Daarvoor krijgt u zonnodig een pijnstiller voorgeschreven. Vaak is het verstandig gedurende één of twee weken na het plaatsen van een implantaat uw voeding aan te passen. Doe dit in overleg met uw tandarts-implantoloog of de kaakchirurg.
Twee tot drie maanden na het plaatsen is het implantaat stevig in het bot vastgegroeid. U mag het implantaat in deze tussenliggende periode niet overmatig belasten. Eventueel waarborgt een tijdelijk geplaatste voorziening de kauwfunctie en de esthetiek zoveel mogelijk. Nadat één of meer implantaten in het kaakbot zijn verankerd, plaatst de tandarts hierop een kroon, brug of een prothese.

Het komt een enkele keer  voor  dat een implantaat niet vastgroeit en moet worden verwijderd. Het succespercentage van implantaten bij niet-rokers hoger dan bij rokers. Ook is de kans op verlies van een implantaat groter bij overmatig alcoholgebruik, diabetes en een reeds bestaande tandvleesontsteking (parodontitis).

Mondhygiëne bij implantaten

Voor behoud van het behandelresultaat is een goede mondhygiëne van groot belang. Dit dient dan ook regelmatig te worden gecontroleerd en indien nodig bijgestuurd. Het is erg belangrijk dat u de overgang van het implantaat naar het tandvlees goed schoonmaakt. Hier ontwikkelt zich, gedurende de dag, plaque waarin zich mondbacteriën bevinden. Indien deze plaque niet goed wordt verwijderd, kan dit een ontsteking van het tandvlees rondom het implantaat veroorzaken. Het gevolg is bloedend tandvlees, botverlies en uiteindelijk verlies van het implantaat. Om deze plaque goed te verwijderen zijn het gebruik van een (elektrische) tandenborstel, (super)flossdraad en/of ragers essentieel.

Tijdens de halfjaarlijkse controles, worden de implantaten door uw tandarts gecontroleerd. Daarbij wordt gekeken naar de mondhygiëne, het tandvlees en de kroon, brug of prothese op het implantaat. Soms worden er tijdens de halfjaarlijkse controle röntgenfoto’s gemaakt om het bot rondom de implantaten te controleren.

Voor een optimaal onderhoud wordt aangeraden om tenminste éénmaal per jaar een afspraak te maken bij de mondhygiënist.

Bron: Ivoren Kruis

Een plaat- of frameprothese, ook wel partiële prothese genoemd, is een vervanging van een of meer tanden of kiezen. Een goede oplossing als uw verloren tanden of kiezen niet door een brug, kroon of implantaat worden vervangen. De prothese kunt u uit de mond nemen. Bruggen, kronen en implantaten niet. Die zitten vast in de mond.

De plaatprothese

De plaatprothese is gemaakt van een roze, tandvleeskleurige kunsthars. Daarin zijn de kunsttanden en kiezen verankerd. De gehele plaatprothese rust op het slijmvlies van de mond. Deze zit eventueel met ankertjes vast aan overgebleven tanden of kiezen.


De frameprothese

De frameprothese is gemaakt van metaal. Op het metaal is een tandvleeskleurige kunsthars aangebracht. Daarop zitten de kunsttanden of -kiezen. De frameprothese rust vooral op een deel van de overgebleven tanden of kiezen. Afhankelijk van het ontwerp rust de frameprothese ook meer of minder op het slijmvlies. De tandarts kan de frameprothese bevestigen met metalen ankertjes die om enkele tanden of kiezen klemmen. Ankertjes zijn vaak wel enigszins zichtbaar.

 


 

Verschillen tussen de plaat- en frameprothese

Een plaatprothese is goedkoper dan een frameprothese, maar kent dan ook nadelen. Aangezien de plaatprothese geheel op uw tandvlees steunt, kan dat makkelijk tot tandvleesproblemen leiden. Uw tandvlees moet namelijk de kracht veroorzaakt door het kauwen, opvangen. Ook blijft voedsel gemakkelijk onder de plaatprothese zitten. Dat leidt sneller tot ontstekingen van het tandvlees. De frameprothese steunt voor een groot deel op uw overgebleven tanden en kiezen en in mindere mate op het tandvlees. Daardoor vangen uw natuurlijke tanden en kiezen de kauwkrachten op en wordt het tandvlees meer ontzien dan bij een plaatprothese. Welke voor u het meest geschikt is, verschilt per persoon. De keuze maakt u in overleg met uw tandarts.

Het maken van een plaat- of frameprothese

Afhankelijk of uw tandarts een plaat- of frameprothese aanbrengt, beslijpt hij de tanden of kiezen soms of bewerkt hij ze op een andere manier. Daarna maakt hij afdrukken van uw kaken. Dat gebeurt met behulp van een afdruklepel, gevuld met een speciaal afdrukmateriaal. In het tandtechnisch laboratorium wordt die afdruk met gips gevuld. Hierdoor ontstaat een gipsmodel. Hierop wordt een goed passende afdruklepel van kunsthars gemaakt. Met deze lepel wordt nóg een afdruk gemaakt om een nóg nauwkeuriger gipsmodel te krijgen. Hierop wordt uw plaat- of frameprothese gemaakt. In totaal heeft u vijf of zes tandartsbezoeken nodig voor het op maat maken van de plaat- of frameprothese. Alles bij elkaar neemt het ongeveer vijf weken in beslag. Voor de frameprothese duurt het op maat maken meestal enkele weken langer.

Reinigen van een plaat- of frameprothese

Vooral onder uw plaat- of frameprothese kunnen veel etensresten blijven zitten. Reinig uw prothese na iedere maaltijd dan ook goed met een speciale protheseborstel, bijvoorbeeld van Lactona of Oral-B, en water. Gebruik géén tandpasta. Die kan te veel schuren. Reinig ook het slijmvlies onder uw plaat- of frameprothese (uw kaak, gehemelte en de overgang van de kaak naar de wangen) en poets uw eigen gebit zorgvuldig met fluoridetandpasta, haal de plaat- of frameprothese er dan wel uit! Besteed extra aandacht aan het verwijderen van tandplak. Vooral op die tanden en kiezen waarop uw prothese steunt. Uw tandarts of mondhygiënist kan u hierover informeren.

Bron: Ivoren Kruis

Een volledige prothese of kunstgebit is een hulpmiddel in het geval dat alle tanden en kiezen getrokken zijn. Een kunstgebit ligt los in de mond en valt onder de uitneembare voorzieningen. Een prothese kan worden gemaakt door uw tandarts of tandprotheticus. Een volledige prothese wordt veelal deels vanuit de basisverzekering vergoed, dit gaat wel ten koste van uw eigen risico.

Door het speeksellaagje tussen het kunststof van de prothese en uw tandvlees zuigt het kunstgebit zich vast in de mond (retentie). De prothese heeft een zodanige vorm dat deze goed past bij de anatomie van de kaken en de mondspieren. U kunt zich waarschijnlijk wel goed voorstellen dat in een beweeglijke mond dit niet altijd eenvoudig is en deel van de prothese dragers heeft dan ook problemen hiermee. Het is vaak het ondergebit wat klachten geeft doordat onder andere het draagvlak van de kaak daar veel kleiner is. Dankzij implantaten kan met behulp van een klikgebit vaak toch een goede oplossing geboden worden, zie de afbeelding hieronder. Dit is een overkappingsprothese op twee implantaten met een drukknopsysteem.

             

Omdat elke mond en kaak anders is, wordt voor u een prothese speciaal op maat gemaakt. Om de kauw en spreekfunctie met de prothese te herstellen zullen een aantal stappen doorlopen moeten worden. Het cosmetische eindresultaat is ook een belangrijke factor en alles tezamen maakt door de behandelaar en tandtechnicus zeer nauwkeurig gewerkt worden om deze functies bij u te herstellen.

Wennen aan een nieuw kunstgebit
 
Een nieuw kunstgebit zit waarschijnlijk niet meteen lekker. Het is nieuw en ook anders en vooral in het begin zal daaraan gewend moeten worden. Uw behandelaar zal u in de lastige beginperiode goed begeleiden, zodat u zo snel mogelijk aan de nieuwe tanden en kiezen zult wennen. 
 
Reinigen van het kunstgebit én uw slijmvliezen
 
Een kunstgebit moet net als tanden en kiezen verzorgd worden. Als u het niet regelmatig schoonmaakt, blijven er voedselresten, plak en tandsteen achter. Gebruik een speciale protheseborstel voor uw prothese en water om etensresten goed te verwijderen. Gebruik liever geen tandpasta, die kan te veel schuren. Een schoon kunstgebit voelt altijd glad aan. Pas op dat het gladde gebit tijdens het reinigen niet uit uw handen glipt. Een gebit is gevoelig voor breuk. 
Reinig niet alleen uw kunstgebit, maar ook het slijmvlies waarop uw kunstgebit rust: uw kaken, gehemelte en de overgang van de kaak naar de wangen. Anders kunnen vervelende ontstekingen ontstaan. En ook nu geldt: voorkómen is beter dan genezen. Masseer het slijmvlies minstens één keer per dag met een zachte tandenborstel en besteed extra aandacht aan uw gehemelte.  
 
Kijk voor meer informatie op de webiste van het Ivoren Kruis:

Verkleuren van de tanden en kiezen kan meerdere oorzaken hebben. Door aanslag van bijvoorbeeld  koffie, thee, wijn en roken kunnen de tanden donkerder worden. Ook de aanwezigheid van tandsteen kan de tanden donkerder laten lijken. Deze uitwendige verkleuringen kan de tandarts of mondhygiënist door een professionele gebitsreiniging verwijderen.

Toch is de kleur van tanden en kiezen bij iedereen verschillend. De een heeft wittere tanden dan de ander. Gedurende uw leven zal de kleur van uw tanden ook veranderen, wat tot gevolg heeft dat de tint van het gebit donkerder wordt. Deze verkleuring doet zich in de loop der jaren voor en is een natuurlijk proces.

Als u niet tevreden bent met de kleur van uw tanden en kiezen, kan bleken een mogelijkheid zijn om de kleur van de tanden en kiezen witter te maken. Bespreek met uw tandarts of bleken voor u een optie is.

In onze praktijk wordt gebruikt gemaakt van de thuisbleekmethode. Hierbij bleekt u uw tanden en kiezen thuis, door middel van een bleekgel in een op maat gemaakt ‘bleek-bitje’. Voor de thuisbleekmethode maken wij tijdens een eerste afspraak afdrukken van uw boven- en onderkaak om dunne ‘bleek-bitjes’ te maken. Deze bitjes worden zo gemaakt dat er ruimte zit voor een bleekgel op de plaatsen waar de tanden gebleekt moeten worden.

Tijdens een tweede afspraak krijgt u alle instructies bij de bitjes en de bleekgel (6% waterstofperoxide). De bitjes dienen thuis minimaal 6-8 uur ’s nachts gedragen te worden. Na 5 tot 10 keer dragen bereiken de meeste mensen de door hun gewenste kleur.

Voor meer informatie kunt u de folder op de website van het Ivoren Kruis bekijken, of een afspraak maken met uw tandarts om de mogelijkheden te bespreken.

Hier vindt u het instructieformulier dat wij meegeven aan onze patiënten die gaan bleken.

Een snurkbeugel wordt gedragen ter voorkoming van snurken en/of bij een vorm van OSAS (Obstructief SlaapApneuSyndroom). Bijna iedere snurker heeft voordeel bij het gebruik van een snurkbeugel. Bij een zeer groot percentage lost een snurkbeugel het snurken en/of de slaapapneu zelfs helemaal op.

Wat is OSAS?

Sommige mensen hebben regelmatig ademstilstanden tijdens het slapen. Deze ademstilstanden, of apneus, kunnen optreden doordat spieren tijdens de slaap ontspannen. Hierdoor kunnen de tong en zachte delen in de keel de ademhaling blokkeren. We noemen dit obstructief slaapapneusyndroom, afgekort OSAS.

We spreken van OSAS als iemand:

  • ‘s Nachts meer dan 5 keer per uur een ademstilstand heeft;
  • Overdag zeer slaperig of zeer vermoeid is;
  • Er geen andere reden is voor de ernstige slaperigheid of vermoeidheid overdag, zoals slaaptekort of slapeloosheid.

 

Ademstilstanden kunnen ook ontstaan doordat de hersenen te weinig prikkels geven om te ademen. We noemen dit centraal slaapapneusyndroom, afgekort CSAS. CSAS komt weinig voor en wordt vooral bij patiënten met hartaandoeningen of neurologische aandoeningen gezien. OSAS komt het meeste voor, soms is er een combinatie van beide vormen. Kunt u als snurker OSAS niet uitsluiten? Ga dan naar uw huisarts & een erkende slaapkliniek. Voor de ‘gewone’ snurker kunnen wij in de praktijk een snurkbeugel (MRA) maken.

Wat is een snurkbeugel?

Een snurkbeugel, ook wel MRA genoemd (Mandibulair Repositie Apparaat), is een tandheelkundige beugel die u draagt tijdens het slapen. De beugels zijn veelal gemaakt van speciaal medisch materiaal, zodat irritaties of vervelende reacties voorkomen worden. Ook zorgt dit ervoor dat de beugels lange tijd meegaan, gemakkelijk te onderhouden en goed schoon te maken zijn. Bij het type MRA dat wij aanmeten in de praktijk is het mogelijk de onderkaak nauwkeurig naar voren te verplaatsen door middel van een stelschroef.

De behandeling met een MRA is niet pijnlijk. Het gebit moet goed zijn, om een goede basis voor de beugels te vormen. De MRA is daarom niet voor iedereen geschikt. U moet gezonde eigen tanden en kiezen hebben. Patiënten met een kunstgebit komen niet voor een MRA in aanmerking. Ongeveer een derde van de patiënten, die door de situatie in de mond- en keelholte baat zou kunnen hebben bij een MRA krijgt deze niet omdat de gebits- en kaaktoestand dat niet toelaat.

Hoe werkt een snurkbeugel?

De snurkbeugel zorgt ervoor dat de onderkaak iets naar voren wordt geduwd, zodat de luchtweg vrij blijft. Het geeft de volgende effecten:

  • een verruiming van de bovenste luchtweg tijdens de slaap;
  • toegenomen spierspanning in de bovenste luchtweg tijdens de slaap;
  • stabilisatie van de onderkaak en van het tongbeen; dit zou dichtklappen ter hoogte van de tongbasis voorkomen;
  • een zekere indirecte invloed via de keelwand ter hoogte van het verhemelte

Op deze manier wordt het snurken opgelost en zal ook de (slaap)apneu afnemen of verdwijnen.

Bijwerkingen

Bijwerkingen komen vaak voor. Gevoeligheid van de tanden en kaken (vooral in de ochtenduren), irritatie van tandvlees en mondholteslijmvlies, overmatige speekselvloed of juist een droge mond komen dikwijls voor. Het gebruik van een MRA kan tot klachten van het kaakgewricht leiden. De kaakspieren zijn soms de eerste uren van de dag stijf. Op de lange termijn kunnen problemen met gewijzigde “occlusie” ontstaan. Dat wil zeggen dat de onderlinge stand van de tanden kan veranderen. 

Comfort en therapietrouw

Het lijkt erg vervelend om de hele nacht met “een volle mond” te slapen. In de praktijk blijkt dit mee te vallen, de therapietrouw bij de MRA is hoog. Dat wil zeggen dat een groot aantal mensen bereid blijkt de MRA iedere nacht in te doen en in te houden en dat gedurende jaren. De therapietrouw is het hoogst voor mensen, die daadwerkelijk de voordelen ervaren: snurkers die overtuigd zijn dat er iets aan het snurken moest gebeuren; mensen met licht OSAS, die de voordelen van de vermindering van het aantal apneus ervaren.

Om meer te weten over tandheelkundige behandelingen kunt u hier klikken om naar de website te gaan van het Ivoren Kruis.